
Spreekwoorden: (1914)
Iemand voor den gek (of (den) mal) houdend.w.z. den spot met hem drijven, hem beetnemen, hem voor het lapje houden, iemand het lavuit geven (17<sup>de<-sup> eeuw3); gron. iemand voor de guichet hebben (Molema, 522 b); hd. einen zum Narren haben (oder halten); eng. to make a fool of a p. ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Iemand voor den gek (of (den) mal) houdend.w.z. den spot met hem drijven, hem beetnemen, hem voor het lapje houden, iemand het lavuit geven (17<sup>de<-sup> eeuw3); gron. iemand voor de guichet hebben (Molema, 522 b); hd. einen zum Narren haben (oder halten); eng. to make a fool of a p. ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.